vrijdag, april 19, 2024
HomeVoetbalnieuws-leidenMario Been ten voeten uit op sponsoravond GHC

Mario Been ten voeten uit op sponsoravond GHC

-

Ronduit afgeladen was de sfeervolle kantine van GHC op vrijdag 11 maart 2011. De sponsoravond van de tricolores zou opgeluisterd worden door niet minder dan Mario Been. Als toetje had GHC er ook nog voor gezorgd dat Mister Feyenoord Bennie Wijnstekers ook van de partij was. Het tweetal werd na het openingswoord van voorzitter Dick Barnhoorn aan de tand gevoeld door Jan-Dirk Stouten, sportverslaggever bij RTV Rijnmond.

Om half negen nam Barnhoorn het voortouw met de microfoon. Trots als een pauw sprak hij de aanwezigen toe. Trots op de grote opkomst, maar zeker ook omdat GHC de sponsoravond al voor de twaalfde keer van de grond had gekregen. In eerdere edities gaven niemand minder dan Kees Jansma, Frans Derks, Dick Jol, Danny Blind, Alfons Groenendijk, Mike Snoei, Dennis van der Geest, Har Meijer, Earnest Stewart, Jeffrey van As, John de Wolf en Gaston Taument acte de presence.

Nadat de preses zijn inleidende praatje achter de rug had, kwamen de gasten uitgebreid aan het woord. Allereerst ging Stouten het gesprek aan met Wijnstekers.

De rechtervleugelverdediger kwam maar liefst 352 duels uit voor Feyenoord. Daarmee staat hij in de top vijf aller tijden bij de stadionclub voor wat betreft het spelen van wedstrijden. Veertien keer wist hij het net te vinden en in 1980 speelde hij met Oranje op het EK 1980.

In zijn totaliteit kwam hij uit op 36 duels voor het Nederlands elftal, waarin hij één treffer liet afdrukken. In zijn nadagen speelde hij nog een tijdje in België bij Racing Club Mechelen en Germinal Ekeren.

Wijnstekers vertelde over een rampzalige voetbalavond voor Nederland. Spanje, wie kan het zich niet meer herinneren, versloeg Malta met 12-1, waardoor een groot toernooi werd gemist. Mede door deze krankzinnige uitslag speelde Wijnstekers dus maar één groot toernooi.

Vanzelfsprekend stond de 55-jarige Rotterdammer ook even stil bij de moeizame voetbaljaargang van Feyenoord. ,,Na de nederlaag tegen De Graafschap thuis ben ik erg emotioneel geworden. Ook als ‘we’ beter waren, verloren we in die fase en dat deed verschrikkelijk veel pijn.

Wijnstekers is blij dat het stukken beter gaat met zijn 'cluppie' en heeft vertouwen in de toekomst. ,,Tegenwoordig ga ik met Mario een visje eten op vrijdagmiddag en dat hebben we nu vijf keer achter elkaar gedaan. Het visje smaakt ons best en sindsdien verloor Feyenoord niks meer.”

Na een kwartiertje is het tijd voor de hoofdgast van de geslaagde sponsoravond. Been wisselt serieuze momenten af met zijn onlosmakelijke humor en iedereen, ook de aanwezige aanhangers van de grote ‘vijand’, vermaken zich kostelijk.

Eerst krijgt Been de opdracht om antwoorden met ‘ja’ of ‘nee’ te beantwoorden. Bij geen enkele vraag van Schouten is er aarzeling.

JDS: Is Bert van Marwijk de beste trainer waar je mee hebt gewerkt?

MB: Nee

JDS: Is Ruud Gullit een aimabele vent?

MB: Nee

JDS: Wordt Feyenoord binnen drie jaar kampioen?

MB: Ja

JDS: Erger je je wel eens aan jeugdige spelers in het betaalde voetbal?

MB: Ja

JDS: Terugkijkend, denk je dat anderen dat ook deden bij jou destijds?

MB: Ja, zekerheidje

JDS: Zou je anderen aan raden sponsor te worden bij GHC?

MB: Ja, zonder meer

Daarna kan Schouten niet om het zware seizoen dat Feyenoord beleeft. Medio maart lijkt er evenwel een ommekeer. Schouten vraagt zich af waar de opleving vandaan komt.

Been: ,,Ik heb mij tijden echt afgevraagd wie de doelpunten bij ons zou moeten maken. Vaak stapten we de bus in met een veredeld A-jeugd elftal. Aan het begin van het seizoen hadden we Tomasson, Cissé en Fernandez aan boord. Stuk voor stuk ervaren krachten. Iedereen weet dat ze niet konden spelen en dat ze dit seizoen ook niet meer in actie komen. Dat was natuurlijk een enorme streep door de rekening. We zijn ook zoekende geweest. Zo speelden we eerst met Vlaar en Bahia centraal achterin en daar staat Ron nu met De Vrij. Vorig seizoen hielden Ron en André nog achttien keer de nul. Dat blijkt een veel betere oplossing te zijn. Natuurlijk zijn we blij dat we in de winterstop Marcel Meeuwis hebben kunnen strikken en natuurlijk Rio. Er is nu veel meer balans in het elftal en het zegt genoeg dat we Leroy Fer op de bank hebben gehouden. Na zijn blessure ging het lopen en van daaruit heb ik jongens vertrouwen gegeven. Iedereen moet nu hard knokken voor een basisplaats. Fer dus ook, maar die jongen heeft zoveel kwalititeiten. Daarvoor willen we hem, Wijnaldum, De Vrij en Vlaar ook zo snel mogelijk vastleggen. Dan staat de kern en kunnen we echt weer mee gaan doen bij de beste vijf ploegen van de Eredivisie.”

Schouten wrijft Been toch nog maar eens aan de unieke 10-0 nederlaag bij PSV onder de neus. Een dieptepunt die Been ontzettend heeft geraakt. Wanneer vraagt zich af wanneer Been weer wat kon lachen.

,,Dat was een onvoorstelbare week. Die zondagmiddag was een regelrechte vernedering. Drie dagen later moesten we thuis tegen VVV. Zit de hele Kuip vol. Waar staan de fans zo achter hun club. Daarbij komt dat als we drie keer op rij hadden verloren met 10-0 dan hadden we nu uit de schulden geweest. Die maandag immers zorgde Pim Blokland voor een injectie van zeventien miljoen euro. Dus laten we zeggen dat de uitslag ook een voordeel kende.”

Been, in de volksmond ook wel Pietje Bell, debuteerde op het toenmalige AD-toernooi in Rotterdam. Tegenstander Manchester United. Voor Feyenoord scoorde Been. Er naar gevraagd start Been een relaas.

,,Mijn pa was mijn grote fan. We speelden toen op vrijdagavond en omdat ik gescoord had, kocht mijn vader de volgende dag alle kranten op in 010.

Het duurde nog wel enige tijd voordat ik in de basis kwam, want ene Cruyff stond op mijn positie. In die dagen vond ik dat natuurlijk niet terecht. Later kwam ik er wel achter dat hij wel in de basis hoorde. In die tijd leefde ik ook vrij extreem. Ik was niet slim. Op een gala stond ik gerust met een wijntje in mijn handen, terwijl andere spelers geen druppel dronken of dat glas verborgen hielden. Ik herinner me dat onder meer van Gerald Vanenburg.

Op het WK voor junioren werd ik aan de tand gevoeld door Johan Derksen. Ik was nogal een flapuit en zo gaf ik aan dat jongens als Richard Budding en Stanley Brard er geen drol van zouden kunnen. Dat soort uitspraken werden breeduit opgeschreven en toen ik eenmaal bij Feyenoord terugkwam na dat toernooi, heb ik alle reclameborden gezien en gevoeld. Tegenwoordig gaan interviews via de perschef en is er veel meer controle. Tja, wist ik veel in die tijd.

Later kwam ik onder Rinus Israël te spelen. Dat was een geweldige voetballer geweest, maar als trainer zag ik het niet in hem zitten. Hij was doorlopend cynisch en bepaald geen mensenmanager. Hij gaf me keer op keer aan dat ik geen meter terugverdedigde. Maar ja, dat mocht ik niet eens van Wijnstekers, want ik leverde alleen maar gevaar op in de eigen zestien.

Uiteindelijk ben ik vertrokken naar Pisa. Een transfer van 1,1 miljoen gulden destijds (Wijnstekers had eerder verteld dat zijn hoogtepunt lag op 200.000 gulden). Mijn pa was daarvoor zaakwaarnemer van mij geweest en had bij Feyenoord maar een paar vragen neergelegd bij het bestuur. ,,Zorgen jullie wel voor een goeie plek, zodat we Mario goed kunnen zien spelen.” . Daarnaast weet ik nog dat hij, naast mij zittend, de vraag stelde “hoeveel consumptiebonnen krijg ik van jullie”.

Toen dat geregeld was, stond de handtekening. Naar Pisa wilde hij ook mee, maar dat vond ik te ver gaan. Ik beloofde mijn pa hem op de hoogte te stellen zodra het rond was. Hans Kraay junior nam ondertussen mijn zaken waar. Eenmaal aangekomen werd ik gek gekust door allerlei mannen. Vooral door een heel klein mannetje, die de directeur bleek te zijn. Kraay stootte me aan en zei dat we hoog in de boom moesten gaan zitten qua salaris. ,,Ze zijn helemaal gek op je, Mario.”

Wisten wij veel dat het heel normaal is daar dat mannen elkaar knuffelen? Afijn, na een halve fles rode wijn was ook daar de handtekening snel gezet.

Ik bewaar er veel goede herinneringen aan. Ik speelde tegen Klinsmann, Brehme en Matthäus. En dan die keer in San Siro tegen Maradonna. We zijn niet over de middenlijn geweest en bleven met de witte vlag zwaaien. Het bleef echter 0-0. Later ben ik nog met hem op de foto gegaan. Veel meer is er toch niet in de voetballerij?

Op een zeker moment kreeg ik een buikspierblessure en raakte ik stilaan uit zicht. We hebben toen weer contact opgenomen met Feyenoord, waar Bengtsson en Pim Verbeek inmiddels zaten. Feyenoord wilde me niet meer hebben en dus moest er wat anders op mijn pad komen, want ik moest weg. Met een privéjet zijn we toen naar Engeland gegaan. De preses en ik. Het bleek om Sheffield Wednesday te gaan. De eerste vraag die mij werd gesteld was hoe mijn gezinssamenstelling was. Nou, ik heb een vrouw, een zoontje en een hond, wist ik hen te melden. Ze bleven stilstaan bij die hond. Wat voor een hond is dat? ,,Een rottweiler.” Da’s niet zo mooi, kreeg ik als antwoord. Dat beest moet in quarantaine.

Daarna nog wat gebabbeld en ik zou er bij hen op terugkomen. Eerst ben ik aan mijn vrouw gaan vragen wat quarantaine eigenlijk betekende. Toen bleek dus dat het beest een halfjaar in een hok moest zitten. Voor mij was het meteen over en uit. Bruce in een hok, ja dag.

Men ging er vanuit dat ik een krabbel zou zetten, maar dat deed ik dus niet. ,,Waarom niet, wat is het probleem? “ Onze hond. In een hok, wat denken jullie zelf? Er werd geen woord meer gezegd daar in de bestuurskamer. De terugreis naar Pisa was ook niet bepaald gezellig. Later kwam ik Ron Atkinson nog tegen bij Aston Villa. Hij herkende me meteen. ,,The man from the dog.”

Stouten graaft nog even verder in de loopbaan en laat Roda JC vallen. Ook niet een bepaald succesvolle periode, Mario?

,,Dat was een kansloze periode. Ik werd gehaald als spelmaker, maar ik was elke week smeriger dan Eugene Hansen. En dat terwijl buffelen toch echt zijn handelsmerk was. In Kerkrade zag ik eveneens vrij snel de bank. Heerenveen, toen nog een divisie lager spelend, was de volgende club. Daar werd ik min of meer binnengeloodst door René van der Gijp. Fritz Korbach was toen de trainer. Laten we zeggen dat het gezellig was. Snel werd er een woning voor ons geregeld, bij Gijppie in de straat in Drachten, een plaats waar ik nog nooit van gehoord had. Binnen no-time woonde er niemand meer tussen ons. Hahaha. Al met al zat mijn carrière niet in echt in een lift. Uiteindelijk kwam ik nog uit bij Hugo Hovenkamp in Innsbruck.

Ik heb daar maar één hoogtepunt meegemaakt en dat was dat ik op hoogte woonde. Ik weet nog dat ik een proeftraining moest meemaken. Een voorzet geven vanaf links en later vanaf rechts. Dat ging goed en binnen vijf minuten hadden ze gezien wat ik zou kunnen. Nee, dat was het dus ook niet. Je kunt dus stellen dat het een net-niet loopbaan is geweest. Anderzijds, je kunt ook zoveel pech hebben als Marcel Peper en Robbie de Wit. Geweldig leuke voetballers, maar die werden getroffen door het noodlot. Ik klaag dus zeker niet”

Daarna brak voor Been een nieuw periode aan in zijn leven. Het trainerschap. Ooit nog overwogen iets anders te gaan doen, Mario?

,,Ik had geen andere diploma’s, dus het bleef dat spelletje met die bal. Met een trainersdiploma zou ik ook het dichtst bij mezelf blijven.”

Been is van 2000 tot 2004 assistent-trainer van Feyenoord. Met Van Marwijk wint hij in de 2002 de UEFA-Cup. Is dat jouw grootste succes als trainer geweest?

,,Nee, eerlijk gezegd niet. Ik was geen hoofdcoach en dat is toch anders. Voor de club was het wel geweldig natuurlijk. Ik werkte vier jaar met Van Marwijk. Met Jong Feyenoord miste ik twee keer achter elkaar de titel, dat scheelde tweemaal een haar. In 2005 kreeg ik de kans bij Excelsior, toen nog in de een-na-hoogste klasse. Daar werd een periodetitel gevraagd, het werd een titel. Voor de torenhoge favoriet VVV. Eindelijk dus een keer net wel, zeg maar. Dat was zeker een hoogtepunt en daar schaar ik ook de kans onder die ik van NEC kreeg, om daar hoofdtrainer te worden. Overigens was ik tussendoor ook met ‘Don Leo’ assistent geweest op het WK 2006 met Trinidad en Tobago. Leo zie ik zeker als een hele goeie vriend.

Bij NEC was het aanvankelijk niet makkelijk, want de club stond in het rood. Ongelooflijk wat ik daar mee maakte. Met de club stond ik op een zeker moment onderaan, maar het bestuur bleef me vierkant steunen. De opmars daarna zal ik nooit meer vergeten.

Ik kon toen bijtekenen, hoewel ik altijd heb gezegd dat als Feyenoord zou bellen…

Feyenoord beleefde op een zeker moment een beroerde periode en toen gaf Pierre van Hooidonk al aan dat ze bij mij zouden uitkomen. Gudde belde ook, maar toen had ik net mijn poot gezet voor nog drie jaar NEC. Ik heb toen netjes het seizoen afgemaakt en daarna was ik dus weer terug bij de club van mijn hart.”

Been zou nog uren kunnen spreken, maar er moet op de sponsoravond ook gedanst, gedronken en gegeten worden. Been krijgt tenslotte nog een paar vragen uit het publiek en iedereen krijgt netjes een antwoord. Bij de eerste vraag wordt er overigens smakelijk gelachen. ,,Juh Mario, lul je thuis ook zoveel, vraagt een vriendelijke vrouw?”

Mario lacht en gaat serieus in op de vraag. ,,Joh laat maar, Mario. Ik dolde maar wat.”

Voetballen en dollen, meer dan herkenbaar voor de "Mariodona" van Rotterdam.

Tenslotte vuurt Schouten nog wat vragen de zaal in onder het mom ‘petje op, petje af, maar dan in de versie ‘linkerhand omhoog’ of ‘rechterhand omhoog’.

Dennis Olman haalt de finale, maar legt het af tegen Henk de Cler, broer van Tim van Feyenoord. De cirkel is weer rond.

Het bleef nog lang gezellig en iedereen keert tevreden huiswaarts.

 

 

 

 

  

 

 

 

 

  

Redactie
Redactie
De voetbalsite van Leiden en omgeving. Actueel en betrouwbaar.

Must Read