vrijdag, maart 29, 2024
HomeColumnColumn: De Godenzonen versus de Stadionclub

Column: De Godenzonen versus de Stadionclub

-

Het was weer zover, anderhalve week geleden. De derby der derby’s. De wedstrijd der wedstrijden. Zoals jullie wellicht ooit hebben gelezen, kom ik uit een Ajax-nest. Sterker nog, ik hield er zowat een trauma aan over en nam mezelf voor mijn kinderen nooit zoiets aan te doen. Ik besloot niet voor de Neuzen, de Kakkerlakken, de Superboeren of de Witte Leeuwen te zijn. Ik straalde neutraliteit uit, tenminste dat dacht ik.

In de aanloop naar Ajax-Feyenoord was er de brand met alle speculaties van dien. Ik kom natuurlijk van alles tegen op de velden, zo ook iemand met een waterzak die steevast een zilver kettinkje met een hoofdletter F uit zijn donkerblauwe polootje laat  hangen. Natuurlijk werd hem de vraag gesteld: ‘waar was jij donderdagavond tussen 03.00 en 04.30 uur?’. En benoemde ook ik gekscherend naar hem: ‘tjonge hadden jullie de open haard aan gisteravond, je stinkt naar rook?’. Gelukkig kan hij er om lachen, de grote man.

Hij vertelt lange tijd betrokken te zijn geweest bij de oplevering van grote gebouwen en dat hij dan altijd een rolletje ducttape bij zich had. Om daarmee Ajax op alle brandblussers af te plakken. Twee van mijn vrienden, de één trouw Ajacied, de ander ras-Feyenoorder lagen in scheiding. 020 trok bij 010 in, gescheiden mannen onder elkaar. Ware het niet dat de Feyenoorder het bed had opgemaakt met een heus Feyenoord dekbed, waar de Ajacied natuurlijk niet eens onder wakker ging liggen. Maar dat was het ergste niet, vreselijker was het toilet. Feyenoord behang, Feyenoord klok, Feyenoord plafonniere en als klap op de vuurpijl een Feyenoord wc-bril.

Als schril contrast schitterde er in de pot een Ajax-sticker en na een week gerommel in de badkamer voor het slapen gaan, vroeg de Feyenoorder al kloppend op de deur of alles okay was. De Ajacied antwoordde: ‘ja hoor, geen probleem maar jij denkt toch niet dat ik op Ajax ga zitten schijten?’.

Zaterdag 24 januari vroeg ik op een feestje aan een trouwe fan of het allemaal nog ging met hem. Hij zei: ‘ ik ben niet zenuwachtig maar heb last van gezonde wedstrijdspanning’. De meneer met de zilveren F ketting lachte en zei: ‘niets is sterker dan dat ene woord’. De gezonde wedstrijdspanning meneer zei: ‘dapp’re strijders fier en koen, Rood en Wit wordt kampioen’. En vervolgens tikte ze hem beiden aan: op een mooie wedstrijd.

Ik dacht het echt, dat ik het mijn kinderen niet aan zou doen. Ik woonde een tijdje in Zuid Frankrijk, vlakbij Marseille. Ik werd fan van Droit au but, omdat ik hou van trefzeker en ik hield van la stade Vélodrome. Vier jaar geleden was ik met een grote groep vrienden in de Ardennen op vakantie, in een idyllisch gelegen kasteeltje. Na raften, mountainbiken, abseilen en heel veel bbq besloten we een middag te gaan winkelen. Lees: er was een mega grote sportwinkel in een nabijgelegen dorp waar alle tieners naar hartenlust nieuwe kicks uitzochten voor het nieuwe seizoen.

Mijn oudste kwam schoorvoetend naar me toe en zei: ‘mam, ik heb zoiets moois gezien maar ik kom geld te kort, mag ik wat van je lenen?’. Ik keek hem aan en liep met hem mee. Aan de wand prijkte het nieuwste trainingspak van Olympique Marseille en hoewel ik wegsmolt van het mooiste badge ooit, sloeg het schaamrood me op mijn kaken. Ik reed niet naar Woo Ping en gaf hem niet meer zakgeld als ze wonnen. Hij ging bij verlies ook niet eerder naar bed en toch koos hij voor het mooiste wit met blauw. Omdat Frans bloed kruipt waar het dus wel gaan kan.

 

Sandra Akerboom
Sandra Akerboom
Columniste, RCL, rots in de branding sinds 2013, ontaard lief, altijd behulpzaam, vrouw in de redactie, sandra@leidenamateurvoetbal.nl

Must Read