vrijdag, maart 29, 2024
HomeColumnColumn: Geef deze mensen een gezicht

Column: Geef deze mensen een gezicht

-

Het is zo gewoon geworden als je het voetbalstadion inloopt, de warme stem van de stadionspeaker die je hartelijk welkom heet. Dienstmededelingen, vraag om applaus bij de opkomst van de voetballende matadoren, pupil van de week, wisselspelers, ruststanden, de ‘man of the match’, oproepen bij vermissing of andere belangrijke zaken, mededeling aan het uitvak bij risicowedstrijden kort voor het einde van de wedstrijd en het bedanken voor je komst… het wordt allemaal op gepaste wijze uitgesproken door de stadionspeaker. ,,Service van de zaak”, zei een bekende technisch directeur ooit toen hem naar de aanwezigheid van de stadionspeaker werd gevraagd. ,,Hij viert om de week hier in het stadion een verjaardagsfeestje en elke bezoeker moet zich door zijn woorden de jarige voelen”, aldus deze leidinggevende van een profclub.

Daarom ook geen benaming als ‘omroeper’. Met de Engelse benaming ‘speaker’ geven we het direct extra smoel. Net zoals de gegoede burgerij begin negentiende eeuw hun kinderen Frans liet leren. Dat was een teken van niveau. Deze mensen zijn immers de ‘Pierre van Ostades’ van de Nederlandse voetbalvelden. Met dien verschil dat Pierre als spreekstalmeester bij de shows van Willem Ruis geregeld nog in beeld kwam. Close in beeld gaf hij antwoord op Ruis’ bekendste vraag: ,,Pierre, wat zijn de prijzen?”

Toch zijn er stemmen van stadionspeakers die wel een gezicht hebben gekregen. Natuurlijk kennen we Peter Houtman bij Feyenoord, maar dat komt door zijn voetbalverleden in De Kuip. Pé Muhren, in 1998 op 83-jarige leeftijd overleden, kennen de oudere lezers als stadionspeaker bij Volendam. Hij heeft 59 jaar de microfoon bij thuiswedstrijden aan mogen zetten in zijn ‘hok’. Maar herken jij Rob van Rossum van Ajax en Ralph van den Berg van PSV als je ze op straat tegenkomt?

Die 59 jaar is blijkbaar een mooi aantal dienstjaren. Van Marcel Vich, stadionspeaker bij Barcelona, werd in dat dienstjaar zelfs een documentaire gemaakt door een Nederlandse filmmaker. De man kreeg zo voor vele voetballiefhebbers een gezicht. Maar hoe word je het eigenlijk? Is er een opleiding voor? Nee! Je wordt er meestal voor gevraagd zo ook Elles Berger. In 1956 werd ze zo stadionspeaker in het Amsterdamse Olympisch Stadion omdat haar vader Chris Berger, hoofdopzichter in dat stadion, er iemand nodig had. Voor Elles het begin van een mooie radio- en televisiecarrière, tot 1998. Zo heeft ze ook haar man leren kennen. In 1965 trouwde ze met voetbaltrainer Barry Hughes. Je weet wel, die van de rolfluit richting George Kessler, de voormalige trainer van AZ’67.

Bij de amateurs wordt vanaf de hoofdklasse en hoger een stadionspeaker verwacht. En deze heeft exact dezelfde taken als bij de grote jongens in de B.V.O.’s. Maar elke vereniging kan daar ook zijn eigen eisen aan stellen aan degene die bij thuiswedstrijden het ‘hok’ in gaat. Moeten de ruststanden wel of niet worden opgelezen? Ook al is de complete sportwereld digitaal gezien bij iedere voetbalsupporter binnen eigen handbereik, het is service naar de bezoekers. Vroeger met de transistorradiootjes aan de oren werden toch ook de ruststanden opgelezen? Welke stadionspeaker wil nu niet in de geest van Frits van Turenhout de ruststand DoCoS – Kagia met ‘nul – nul’ aflezen? En natuurlijk moet de cd met de 67 sponsornamen op tijd worden opgestart. Doen we dat voor af na het clublied uit 1938 toen we mensen nog met ‘sch’ schreven? Er wordt over alles nagedacht.

Maar de kers op de taart is de muziek in de rust en na afloop van de wedstrijd. Die kan je als stadionspeaker heerlijk zelf bepalen rekening houdende met de leeftijd van het publiek, het seizoen en ook natuurlijk plek voor lekkere feestelijke Nederlandstalige muziek. Bij de amateurs geen drumbands over het gras of een gastoptreden van Wolter Kroes, dus pak die kans als stadionspeaker. Bij de warming-up van de selectie hoort er natuurlijk ook muziek. De selectiespelers hebben vast ook briljante ideeën, maar wie wil er niet een balletje hooghouden op dat moment onder die heerlijke ‘Maradona-klanken’?

Ik doe daarom een oproep aan alle amateurclubs op alle niveaus om de rol als gastheer en gastvrouw nog beter op te pakken door het benutten van een stadionspeaker. Voetbalclubs investeren voor kapitalen in vele voorzieningen, van een gelikte website tot een gelikte businessruimte, en plaatsen dan twee oude megafoons via Marktplaats opgedoken als geluidsinstallatie. Dat gaat het dus niet worden en daarmee jaag je de vrijwilliger uit zijn ‘hok’. Geef deze man of vrouw met de goede technische voorzieningen een stem dan geef ik ze met deze column het gezicht wat ze zo verdienen. Met de juiste woorden en verbale sfeer laten ze u als toeschouwer zelfs bij wedstrijden op kunstgras de voetbalgeur van echt gras beleven.

En ik kan het weten, want ik ben nu voor het tweede seizoen stadionspeaker bij FC Rijnvogels, een zaterdag hoofdklasser. Ik kijk nu al uit naar de thuiswedstrijden tegen Quick Boys en Noordwijk met als toetje zaterdag 28 mei 2016 waar al dan niet promotie naar de Topklasse op de rol staat. En hoe ik het geworden ben? Ik ben ook gewoon gevraagd door Piet van Kampen, clubman in hart en nieren.

Mijn 'hok' als stadionspeaker bij FC Rijnvogels
Mijn ‘hok’ als stadionspeaker bij FC Rijnvogels

 

Gerard Bol
Gerard Bol
Spraakmaker, ook actief voor RTV Katwijk, gaat volledig op in verslaggeving. Duizendpoot, aanstekelijk enthousiasme, gek op rubriek Latje Trap.

1 REACTIE

Reacties zijn gesloten.

Must Read