De derde klasse A zaterdag is ongemeen spannend. Drie clubs staan bovenaan met 28 punten: DoCoS, Kagia en BSC’68, gevolgd door Koudekerk met 27 en Lugdunum met 25 punten. We laten ‘onze’ clubtrainers aan het woord over dit nu al bijzondere seizoen.
Anton Wijsman met Kagia revelatie van het seizoen
Heel voorzichtig was Kagia-trainer Anton Wijsman begin van het seizoen. Een flink aantal nieuwe namen waren in de selectie te bespeuren. ,,Ja,” zo begint Wijsman, ,,en dan is het maar afwachten. Er waren jonge jongens bij, spelers die een tijd niet op niveau hadden gespeeld en knapen die elders het eerste niet haalden en dat moest samen met de jongens van vorig jaar een team gaan vormen. Het lijkt me dan logisch dat ik dan niet hoog van de toren ga blazen, maar zie wat er gebeurde.”
Het is inderdaad wonderbaarlijk wat zich daar in Lisserbroek voltrok. Thuis is Kagia ongeslagen en uit werd alleen van Koudekerk verloren. Wat heeft die flow nu veroorzaakt? ,,Een klik tussen de spelers onderling en de spelers en de trainer. Het sluit allemaal naadloos op elkaar aan. Tuurlijk zijn het niet achttien vrienden van gelijk niveau in de groep. Dat kan ook niet, maar als iemand wat minder speelt of wat minder in de groep valt dan laten zij zich meevoeren in de stroom. Wat ook wel meespeelt, eerlijk gezegd, is ons thuisveld. Het is kunstgras en het is er niet vorig jaar gelegd. Wij spelen er onze thuiswedstrijden en trainen er een keer per week op. Ik kan me voorstellen dat de bezoekers moeite hebben om hun eigen spel te spelen op die ondergrond. Geeft niet, wij kunnen er niets aan doen. Wij zouden graag een nieuw veld krijgen deze zomer, maar of het zo ver komt is de vraag; er lopen allerlei procedures bij de Raad van State, er zijn bezwaarschriften enz. Laat ik er maar het zwijgen toe doen.”
Over de rest van het seizoen is Wijsman wat betreft zijn ploeg opnieuw aan de voorzichtige kant. ,,Als we de eerste vijf wedstrijden winnen, in ieder geval niet verliezen, zie ik ons in de top drie eindigen. DoCoS heeft denk ik het beste team en de breedste selectie. Daarachter komen Koudekerk en Lugdunum. BSC’68 is meer een outsider denk ik. Voordeel van ons ten opzichte van clubs als DoCoS en Koudekerk is dat wij vrij van druk zijn. Van die teams wordt verwacht dat ze presteren en heel hoog eindigen. Wij kunnen vrijuit ballen en alles wat we winnen is meegenomen. Oegstgeest en Rohda’76 zijn onze eerste tegenstanders. Linke clubs die er alles aan zullen doen om degradatie te ontlopen. Die komen dus getergd uit de startblokken. Het is oppassen geblazen.”
Kagia kan zonder aarzelen de revelatie van het seizoen genoemd worden. De trainer voelt zich thuis in Lisserbroek en het bestuur zeer tevreden. Bijtekenen was al snel realiteit.
Nico van der Salm: ,,We gaan de favorietenrol niet uit de weg”
,,Na een moeizaam begin, vijf punten uit vier wedstrijden, begon het pas te lopen”,zegt DoCoS-trainer Nico van der Salm terugblikkend. ,,Toegegeven, we speelden tegen sterke ploegen als Kagia, BSC en Lugdunum, maar we verspeelden onnodig punten. Typerend was onze 2-0 voorsprong die Lugdunum uiteindelijk omzette in 2-3. Dat zal ons niet meer overkomen. Het positieve van de eerste helft van de competitie was dat we, ondanks de aanhoudende lijst van blessures, toch daarna steeds de punten pakten. Ik kan putten uit een brede selectie en dat is een van de redenen waarom we mede bovenaan staan. Nog twee redenen zijn de teamgeest en het groeiende zelfvertrouwen. De groep weet dat het kan voetballen en liet het ook steeds vaker zien. Ondanks onze voetballende kwaliteiten is een simpele overwinning nauwelijks mogelijk in deze afdeling: de ploegen zijn aardig aan elkaar gewaagd.”
Van der Salm, die hoogstwaarschijnlijk niet bezig is aan zijn laatste seizoen in de Mors, vervolgt zijn zienswijze: ,,Ja, ook hekkensluiter Oegstgeest is geen zwakke broeder. Nu met de nieuwe trainer komt het wel goed met die club. BSC’68, Kagia, Koudekerk zijn uitstekende teams en blijven kandidaat voor de hoogste positie aan het eind van de rit. Vlak DWO voetballend gezien ook niet uit, die lijken mij veel te laag te staan.”
Van der Salm ziet natuurlijk ook DoCoS als kanshebber, maar is heel voorzichtig. ,,Het blijft heel lang spannend. Naar mijn mening wordt het een hele klus om bovenin mee te blijven draaien. Je bent ook afhankelijk van blessures en schorsingen. Nu heeft Tim Gonlag weer zijn pols gebroken en sukkelt Melvin Zweistra met kwetsuren. Ja, we hebben een groep om kampioen mee te worden. Het is leuk als anderen ons in de rol van favoriet duwen en ik loop daar niet voor weg.”
Met een glimlach: ,,Het is natuurlijk wel makkelijk om ons in die positie te manoeuvreren: het lijdt de aandacht van jezelf af.” Van der Salm formuleert de doelstelling nog eens die DoCoS had aan het begin van het seizoen: ,,We gaan voor een prijs. Met die insteek zijn we begonnen en die geldt nog steeds. De kampioen van 3A kan terugkijken op een uitstekend seizoen en is altijd de terechte nummer een. Wie het ook zal worden.”
Jan Wansink: ,,Lugdunum presteert boven verwachting”
Jan Wansink was er niet bij aan het begin van het seizoen, maar werd aan de staf toegevoegd omdat Henk de Cler niet de juiste papieren op zak heeft. De ex-trainer van onder meer GWS en Warmunda kwam naar de kikkerpolder en is best wel onder de indruk van hetgeen de groenwitten presteerden tot nu toe. ,,Als een ploeg promoveert is handhaving over het algemeen het eerste doel. Maar al te vaak zie je dat het moeilijk is om aan te haken bij het hogere niveau. Kijk eens waar wij staan: vijfde op drie punten van de koploper.”
Het is duidelijk dat trainer Wansink zeer tevreden is over de prestaties van Lugdunum. ,,Het had zelfs nog beter kunnen zijn als we niet met regelmaat in eigen voet geschoten hadden. Wij zijn soms zelf onze grootste kwelgeest. Wij hebben de neiging te veel situaties voetballend te willen oplossen en we spelen soms te aanvallend. Ik zal uitleggen wat ik bedoel. Lugdunum heeft bijna uitsluitend uitstekende voetballers in de gelederen met een fluwelen techniek en die ook nog een mannetje kunnen passeren. Dat wordt op eigen helft ook nog wel eens geprobeerd, waarbij een bal in de tribunes ‘jassen’ een betere oplossing zou zijn. Roeit een verdediger in Engeland de bal naar voren dan wordt hij toegejuicht, hier lijkt dat wel een doodzonde. Dat kost je punten en dan denk ik aan de wedstrijden tegen BSC’68 en CVC Reeuwijk waar we in de laatste minuten een zege lieten glippen.”
Voor Wansink een duidelijk verbeterpunt voor de rest van het seizoen. Ook de aanvalsdrift kan aangepast worden in de optiek van de trainer. ,,We hebben vaak een ploeg tegenover ons staan die negen man achter de bal houden. En wij maar aanvallen. Dan loop je in het mes. Doseren is het motto.”
Als het om de kampioenskandidaten gaat is Wansink het roerend eens met zijn collega’s: Koudekerk, DoCoS, BSC’68 , Kagia wellicht en ja, ook Lugdunum. ,,Als wij de komende wedstrijden tegen DoCoS en Koudekerk goed doorkomen, dan zijn wij ook kandidaat voor de eerste plaats. Voorlopig leg ik die favorietenrol lekker bij anderen neer, dan blijven wij in de luwte. Het is een heerlijke afdeling. Laten we maar weer gaan starten.”
