donderdag, april 18, 2024
HomeColumnColumn Paul van der Zwaan: 'Een (h)echte groep'

Column Paul van der Zwaan: ‘Een (h)echte groep’

-

Soms kom je in een situatie waar alles klopt, alles op zijn plaats valt en alles gemakkelijk lijkt. Toch is de weg naar zo’n “ flow” altijd intensief en met pieken en dalen.  Zo’n groepsproces gaat gepaard met wennen aan elkaar, elkaar aftasten, kijken hoe ver je kunt gaan bij elkaar, conflicten met leiding en onderling  en als het goed is leidt dat uiteindelijk naar cohesie met resultaten tot gevolg.   Momenteel ben ik als trainer bij het Haagse Quick redelijk in zo’n situatie beland.  In mijn hele carrière heb ik nog niet een groep meegemaakt die zo in balans is, zo zelfstandig , elkaar zo accepteert en respecteert  en waar de spelersgroep  zo gemotiveerd is als waar ik nu mee werk.

Als trainer is dat een zaligheid en geniet ik elke seconde maar wel wetende dat constante alertheid en scherpte  noodzakelijk is om deze “flow” zo lang mogelijk vast te houden  en me realiserende dat  in groepsprocessen alles eindig is. Deze situatie is overigens niet aan komen waaien. Het is het gevolg van hard werken, er boven op zitten, geen verslapping accepteren, soms hard zijn, soms zacht zijn maar altijd gericht op het resultaat. Daarbij kan het alleen als er een talentvolle en mentaal sterke groep is. Een groep die bereid is pijn te leiden maar vooral ook bereid is de pijn voor anderen te leiden. Allemaal factoren die niet altijd automatisch in een groep zitten.  Bij Quick is dat momenteel wel aanwezig. Dat heeft ook nog een andere oorzaak. Quick heeft altijd geïnvesteerd in een uitstekende jeugdopleiding met als gevolg dat alle standaardjeugdteams op 2e divisie niveau acteren. Er is dus altijd doorstroming en ook de seniorenselectie merkt dit.  Quick investeert ook constant in het “clubgevoel”. Het samen bij de club zijn en horen. Trots zijn op je club en investeren in je club. Het verloop bij spelers zowel in jeugd als senioren is daardoor ook heel klein. Ten op zichtte van vorig seizoen , waarin we via de nacompetitie promoveerde naar de 3e divisie, is er slechtst één andere basisspeler en dat is nog een speler die door blessures een jaar niet gespeeld had maar daarvoor wel al vaste waarden in de ploeg was.

We zijn dan ook dit seizoen gewoon door kunnen gaan waar we waren geëindigd. De spelers kennen elkaar door en door, de automatismen en tactische afspraken zijn gewoon doorgegaan. De ploeg is doorgegroeid, wordt steeds volwassener en boekt daardoor, voor vele, onverwachte resultaten. Voor mijzelf is het overigens niet zo heel onverwacht. Vraag was of we het als groep voor elkaar zouden krijgen mentaal sterker te worden, overtuigender te worden en nog meer betrokken  te worden.  Eind vorig seizoen waren voor mij de eerste tekenen dat we hierin stappen aan het maken waren.  Nabesprekingen waren meestal  teveel een  één-richtingsverhaal, maar aan het einde van vorig seizoen  werd het steeds meer een onderling-verhaal. Spelers gingen meer en meer met elkaar in debat . Nog belangrijker spelers gingen steeds meer dingen van elkaar accepteren, werden open en eerlijk naar elkaar. Dat was een prachtige fase in het groepsproces en het voorteken dat we de “oogst”-fase gingen bereiken.

Oudere spelers namen en nemen de jongeren nadrukkelijk onder hun hoede en jonge spelers waren en zijn nadrukkelijk bereid dat te accepteren en de ouderen daar waar mogelijk te helpen. De hiërarchie klopt, in zowel  in kleedkamer als op het veld,  zonder dat er eigenlijk een strakke hiërarchie is. Als trainer kan en moet  je dan wat afstand nemen. De beslissingen en oplossingen  van spelers stimuleren en zoveel als mogelijk overnemen maar wel heel alert en scherp blijven. De grens tussen zelfvertrouwen en zelfoverschatting mag niet worden overschreden.  Een gevaar dat altijd op de loer ligt en hoe lullig dat ook is, in ieder groepsproces vroeg of laat om de hoek komt kijken. De kunst is om dat zo lang mogelijk weg te houden. Bij sommigen ploegen duurt dat lang bij andere korter.

Als ik naar het mentale niveau kijk van Quick momenteel denk ik dat wij het voorlopig nog weg kunnen houden.  Een valstrik in zo’n situatie is ook altijd het tevreden houden van de spelers  12 t/m 16.  Spelers die, zoals in ons geval, een ongelofelijke inbreng in het resultaat hebben, veel meer dan zij zelf realiseren, maar die logisch niet tevreden zijn met hun rol. Die meer willen.  Ook hier is de rol van de groep weer ongelofelijk belangrijk. De groep moet deze ploeggenoten volledig accepteren, zien als hun gelijke en in hen  investeren, aandacht geven en respect tonen. Als trainer kun je deze spelers steeds moeilijker bereiken. Praten kun je wel maar doordringen is een ander verhaal . Vooral omdat zij, vanuit hun standpunt  gezien logisch, vaak een andere beeld hebben.  Als dit, zoals bij de groep waar ik momenteel mee werk,  wordt opgepakt door de spelersgroep zelf, heb je als trainer op zijn zachts gezegd niet te klagen. Dat doe ik dan ook niet.

Elke training weer geniet ik van de passie,  van de arbeid die geleverd wordt maar zeker ook de humor en saamhorigheid  binnen deze groep.  Elke keer geven ze zich volledig zowel op trainingen als in wedstrijden. Wij zullen nog zat op ons bek gaan, dat is ook inherent aan onze manier van spelen, maar nooit zonder strijd, nooit zonder passie en nooit zonder vriendschap. Ik ben apetrots op deze groep maar ook op de staf en de club  die dit alles mogelijk maakt.

Ik realiseer me nu dat dit niet echt over het Leidse voetbal gaat maar hoop dat het Leidse voetbal er wel wat aan heeft.  Bouwen aan een ploeg heeft tijd nodig en gaat altijd over samenwerken, accepteren en respecteren. Bouwen aan een ploeg gaat dus over mensen.

Redactie
Redactie
De voetbalsite van Leiden en omgeving. Actueel en betrouwbaar.

Must Read